Aan het woord de heer Frank Wassenberg van de PvdD in het Tweede Kamerdebat over het geldstelsel, gehouden op 16 maart 2016. Ik citeer vanaf 08m09s:
“We zijn allemaal, en in toenemende mate, schuldhorigen, horig aan de banken.”
Sommige mensen en bedrijven hebben schulden, ja. Als dat verantwoorde schulden zijn, aangegaan met een zinnig doel, en het is nu en op de langere termijn haalbaar de rente en aflossing te blijven opbrengen, dan hoeft het geen probleem te zijn.
Er zijn ook problematische schulden en dat is ernstig. Daar zou iets aan gedaan moeten worden. Maar wat? Geldcreatie, en dus kredietverlening verleggen van banken naar de overheid of ‘een vierde macht’ lijkt me dat probleem niet op te lossen. Ik zie althans niet in waarom en hoe.
Maar de heer Wassenberg doelt waarschijnlijk (mede?) op iets anders. Er is een wijdverbreid idee dat geld schuld is, dat we het geld lenen van de banken. Het eerste is juist, geld is schuld, maar niet schuld van wie geld heeft, maar schuld van de banken. De banken lenen namelijk het geld van ons en wij bezitten het!
Alleen al uit de naam van de initiatiefnemende organisatie, ‘Ons Geld’, blijkt dat ze het helemaal niet begrepen hebben: zij willen dat het geld weer van ons wordt, maar geld is allang van ons, per definitie. Want geld is vordering van publiek op banken, ofwel: geld is schuld van banken aan het publiek.
Ik citeer verder bij 08m35s:
“Werkeloosheid, toenemende ongelijkheid, en onduurzaam gedrag zijn nauwelijks in de hand te houden vanuit de politiek, nu ongebreidelde geldcreatie vanuit de banken alle politieke instrumenten bot maakt.”
Een niet zo lange zin, waar m.i. erg veel niet in klopt. Een puntenlijstje dan maar weer eens.
De formulering “geldcreatie vanuit de banken” lijkt mij te verwijzen naar het bekende misverstand dat banken expres geld zitten te maken om er vervolgens iets mee te doen. Dat is niet zo. Geldschepping is een automatisch bijverschijnsel van kredietverlening door banken aan publiek. Al zou een bank krediet willen geven zonder geld te scheppen: dat kan helemaal niet. Gewoon boekhoudkundig onmogelijk.
Ik heb het al heel vaak uitgelegd, dus ik verwijs nu maar eens onspecifiek naar mijn hele serie van inmiddels vele tientallen artikelen over het onderwerp.
Extra woord ervoor meegeciteerd: “ongebreidelde geldcreatie vanuit de banken”.
Geldschepping is niet onbeperkt. In mijn reactie op de PVV liet ik al zien dat er maar liefst zeven remmen op zitten. Van drie ervan kunnen centrale banken gebruik maken. Ze gebruiken er momenteel twee (rente en kasreserve) niet, in een poging de economie te stimuleren. Ik ben zelf niet overtuigd van nut en noodzaak van die stimulering, maar dat is een andere discussie. Punt is dat remmen kan.
“Werkeloosheid [...] [is] nauwelijks in de hand te houden vanuit de politiek, nu ongebreidelde geldcreatie vanuit de banken alle politieke instrumenten bot maakt.”
Hoe geldschepping, dus kredietverlening door banken,werkloosheid kan veroorzaken is mij een raadsel.
Het omgekeerde kan ik me wel voorstellen: als een nieuw bedrijf niet kan starten of een klein bedrijf niet kan uitbreiden door gebrek aan krediet, ontstaan misschien banen niet die anders wel ontstaan waren. Banken zijn tegenwoordig voorzichtig. Maar ja, dat wilden we met z’n allen ook, want de crisis was in Amerika juist ontstaan door het te uitbundig risicoleningen toekennen.
Ik denk dat werkloosheid ontstaat door de hoge arbeidsproductiviteit door mechanisatie en automatisering, doordat in rijke landen veel mensen alles al hebben en in arme ze te arm zijn om dingen te kopen, en doordat in steeds meer landen de bevolkingsgroei gelukkig afneemt, zodat er vanzelf ook minder economische groei is. Nieuwe werkgelegenheid zou kunnen komen uit de grootschalige overgang naar duurzame energievoorziening, die m.i. te lang wordt uitgesteld. Wel zijn daar investeringen voor nodig, dus krediet, dus geldgroei, dus banken.
“ [...] toenemende ongelijkheid [is] nauwelijks in de hand te houden vanuit de politiek [...] ”.
Wie spaargeld heeft, ontvangt rente en zou daar in theorie rijker van kunnen worden. Hoewel, de rente is nu zo laag dat de inflatie niet eens bij te benen is, zeker niet als de van belasting vrijgestelde maxima worden overschreden.
Wie rente betaalt op leningen wordt althans daardoor niet rijker.
De regering kon en kan via de belastingen inkomenspolitiek bedrijven. Al wat nodig is, is politieke wil en voldoende brede steun. Ik zie niet in hoe geldschepping gepaard aan kredietverlening door banken daar iets aan af of bij doet.
“ [...] onduurzaam gedrag [...] ” Daar kom ik straks op terug bij een ander citaat.
Ik citeer verder bij 08m57s:
“Was geld ooit een ruilmiddel waarvan de waarde werd bepaald door dekking vanuit goudvoorraden, nu wordt geld gecreëerd zonder dat er iets tegenover staat.”
Dat is onjuist. Ten eerste staat aan de debetkant van centrale banken wel degelijk onder andere nog goud. Zie de openbare jaarverslagen.
Ten tweede zijn bij geldcreatie bij banken altijd twee kanten van de balans betrokken, zoals te zien in mijn artikelen 10 , 24 en vele andere. De dekking van het ontstane geld (rechts) is simpelweg de lening zelf (links).
Ook als na besteding van het leningsbedrag diverse delen ervan bij allerlei andere banken zijn terechtgekomen, is het ook daar zo dat het geld (een van de liabilities, passiva) gedekt is door assets ofwel activa, van welke aard dan ook.
Het geld is altijd gedekt, anders zit er een fout in de boekhouding of is de bank failliet.
Tijdstip 09m06s:
“En hoe meer geld deze banken scheppen, door het
uitgeven van nieuwe leningen, hoe meer burgers en bedrijven zich in de schulden
steken en hoe meer banken verdienen. En dat is een zeer perverse prikkel.
[...]
Vindt de minister het verstandig dat de banken er belang
bij hebben dat wij ons zo diep mogelijk in de schulden steken.”
Inderdaad verdient een bank aan kredietverlening, het is immers haar core business. Meer uitlenen betekent meer rente-inkomsten. Daarom is het maar goed dat er remmen op de kredietverlening zitten. Ik wees net al op mijn lijstje van zeven. Punt vier daarvan, het kredietrisico dat de bank zelf loopt, mag niet meer worden weggelachen met de zekerheid dat overheden een bijna omvallende bank toch wel zullen redden. Daarom o.a. bail-in in plaats van bail-out: de aandeelhouders draaien ervoor op, en zullen dan hopelijk eisen dat de bank een verstandig en terughoudend beleid voert, gericht op stabiliteit op de lange termijn.
Ook maar weer eens mijn supermarktanalogie van stal gehaald: kruidenierswinkelketens hebben er belang bij dat klanten zo veel mogelijk blikken erwtensoep enz. kopen, hoewel ze te dik worden als ze al die soep te snel opeten en dat is ongezond. Toch vinden de meeste mensen dat geen reden om dan maar alle supermarkten te nationaliseren en zelfs al gebeurde dat, dan was het probleem ‘overgewicht’ niet vanzelf uit de wereld.
Tijdstip 09m46s:
“Vindt de minister het verstandig dat de banken er belang bij hebben dat wij ons zo diep mogelijk in de schulden steken. Erkent hij dat de geldschepping in de vorm van bankschulden met rente een druk op de samenleving legt om voortdurend meer te produceren, waardoor de ‘economie van het genoeg’ steeds verder uit beeld raakt, en dat dat ten koste gaat van de breed gedragen wens om de economie en samenleving zo te hervormen dat zij binnen de draagkracht van de aarde blijft.”
Dat is een veelgehoord misverstand. De rente zou alleen op te brengen zijn door meer groei, door steeds harder te werken, alleen maar voor de banken die alles inpikken.
Het is niet zo. Want ontvangen rente wordt door banken ook weer besteed ( 4 ), wat betekent dat banken niet alleen leningengeld creëren, maar wel degelijk ook de rente. De enige uitzondering is toevoegen aan de stroppenpot. Maar dat is beter voor de stabiliteit van banken en die wil iedereen graag zien.
Een economie zonder groei waarin voor geleend geld rente wordt vergoed, is heel goed mogelijk. Er ontstaan niet steeds meer schulden, want banken lenen ontvangen rente niet weer uit. Dat kan niet eens, boekhoudkundig niet, al zouden ze het willen.
Hardnekkige fabeltjes. Zie ook de discussie bij “Follow the Money” (FTM) en mijn subserie met de artikelen 12 t/m 15.
Zie ook Wat Mario Draghi niet vertelde, door Harry Dillema. Klopt niet, allemaal onzin.
Tijdstip 10m34s:
“Bijkomend voordeel wanneer we het recht op geldscheppen in handen leggen van de overheid, is dat het geld van burgers en bedrijven voor 100% gegarandeerd kan worden door de overheid.”
Ja, dat kan. Maar we wilden toch af van de bail-outs, van regeringen die banken redden? Het bovenstaande is een gegarandeerde superbail-out: de belastingbetaler draait niet alleen voor de kosten op als het met een bank helemaal mis dreigt te gaan, maar sowieso komen alle verliezen dan voor diens rekening.
Verder, ik zei het al heel vaak, waaronder ruim een jaar terug: er bestaat geen “recht op geldscheppen” en geldscheppende instellingen hebben ook niet zo’n recht nodig om toch, tegen wil en dank, geld te scheppen.
Citaat van tijdstip 10m57s:
“De wezenlijke vraag is, waarom is geldschepping een privilege van private banken?”
Dat is geen wezenlijke vraag, dat is een onzinnige vraag, die onbegrip van het fenomeen geldschepping verraadt: want zo’n privilege is er helemaal niet.
De werkelijke wezenlijke vraag is dus, wat mij betreft: waarom hebben zoveel Tweede Kamerfracties mijn waarschuwingen van januari 2015 niet gelezen? Het was allemaal al bekend.
Citaat van 11m04s:
“Waarom wordt geldschepping niet ingericht in het algemeen belang?”
Ik koppel daar even een zin aan van 09m17s:
“Op die manier is de geldhoeveelheid in onze samenleving in korte tijd verachtvoudigd, dat is een geldbubbel die leidt tot grote maatschappelijke problemen.”
Ik zie andere mogelijke verklaringen voor meer geld in de economie. En die zijn niet allemaal problematisch.
De welvaart is toegenomen, meer mensen verdienen genoeg om te kunnen sparen. Dus is er ook meer financiering voor kredieten beschikbaar.
De welvaart is toegenomen, meer mensen verdienen genoeg zodat ze een hypothecaire lening kunnen krijgen om een huis te kopen. Dus meer krediet dus meer geld in omloop.
Daar staat tegenover dat wat rijkere mensen vaak ook wat ouder zijn, want ze hebben meer tijd gehad om te sparen en/of hun hypotheek af te lossen. Het aflossen van een hypotheeklening gaat gepaard met geldvernietiging.
Ook belastingbetalen houdt geldvernietiging in: de overheid is geen publiek, heeft dus monetair gezien geen geld, dus belasting-M1 verdwijnt in een zwart gat.
Democratische regeringen verlagen liever belastingen dan dat ze ze verhogen. Dan moeten ze bijlenen van bijvoorbeeld banken (maar zonder geldschepping, want bank en overheid zijn allebei geen publiek). Staatsschuld is eigenlijk uitgestelde belasting.
Door geld uit te geven dat niet uit belastingen maar door lenen is verkregen, schept de overheid meer geld dan er vernietigd wordt.
Copyright © 2016 R. Harmsen. Alle rechten voorbehouden.