22 en
Nummer 2 van 2011 van het Nederlandse tijdschrift “ésta”, voor de periode 7 tot 20 januari, was een special getiteld “Reizen 2011 – 13 pagina’s vakantie inspiratie” [sic; met foutieve los schrij ving].
Op bladzijde 47 stond een artikel getiteld “Alentejo”, en omdat de Alentejo (betekenis ‘aan de andere kant van de Taag’) een streek van Portugal is, ging dat artikel logischerwijs over Portugal.
Ik heb iets met Portugal, dus zo’n artikel lees ik dan graag, om ervan te genieten maar stiekem ook een beetje om te kijken of het allemaal wel klopt, zodat ik, mocht dat niet het geval zijn, het blad en de makers lekker kan afzeiken.
(Nee, zo vals ben ik niet, het is gewoon gezellige, opbouwende, lichte kritiek.)
Ik citeer uit genoemd artikel in de ésta:
“In kustplaatsen Sines en
Porto Covo is eind juli een wereldmuziekfestival:
http://fmm.com.pt”
Dat van dat muziekfestival klopt inderdaad. Vermoedelijk op 21 juli 2003 (mijn aantekeningen zijn er niet heel duidelijk over; maar zie ook Radiospiegel, dat was een dag eerder) waren we daar toen ze net de podia aan het opbouwen waren, ik meen in een kasteel, dat voor de gelegenheid ook meteen gerestaureerd werd. Als ik nu op de site kijk, via het menu “Sobre o FMM” en dan “Historial”, dan blijkt het festival in dat jaar 2003 inderdaad de 22e begonnen te zijn.
Het festival zelf hebben we gemist, want we hadden andere plannen, en ook nu nog twijfel ik of ik het programma nou wel zo inspirerend vind, dus misschien hebben we niet veel gemist.
Ik lees verder in de ésta van 7–20 januari 2011.
“De Atlantische kust is spectaculair, met dramatische rotsen, brede zandstranden en een woeste, ijskoude zee.”
Dat van die rotsen klopt. In juni 2001 was ik in Porto Covo (ten zuiden van Sines) en daar heb ik deze foto’s gemaakt. De brede (en kilometers lange!) zandstranden zijn er ook, ten noorden en ten zuiden van het pittoreske plaatsje Porto Covo.
Hier de situering zoals te zien op Google Maps.
Maar die ijskoude zee? In 2001 heb ik daar niet gezwommen, want ik reisde toen alleen en wilde mijn kleren en rugtas met geld, autosleutels, bankpasjes en paspoort liever niet onbeheerd op de kant laten liggen (hoewel het nou niet direct een omgeving is waar je snel beroofd zou worden, en in juni is het er ook helemaal niet druk, dat jaar niet tenminste).
Pootjebaaien heb ik wel gedaan, maar daarvan herinner ik wel een verfrissend, maar geen ijskoud gevoel.
Maar eens even objectieve gegevens erbij dan. De site meteo.pt toont weergegevens van heel Portugal, de Azoren en Madeira. Omdat ik al langer van plan was dit artikel te gaan schrijven, heb ik af en toe steekproeven vanaf die site genoteerd. Die temperaturen staan in de tabel hieronder.
Datum | Locatie | Temperatuur van het zeewater | Maximumluchttemperatuur | Minimumluchttemperatuur |
---|---|---|---|---|
15 januari 2011 | Sines / Porto Covo | 16 °C | 16 °C | 5 °C |
18 februari 2011 | Sines / Porto Covo | 15 – 16 °C | (vergeten te noteren) | (vergeten te noteren) |
20 februari 2011 | Sines / Porto Covo | 16 °C | 16 °C | 12 °C |
20 februari 2011 | Azoren (centrale eilandengroep) | 15 °C | 17 °C | 14 °C |
20 februari 2011 | Azoren (São Miguel) | 16 °C | 17 °C | 14 °C |
22 april 2011 | Sines / Porto Covo | 17 °C | 17 °C | 11 °C |
22 april 2011 | Azoren | 16 °C | 16 °C | 11 °C |
22 april 2011 | Madeira | 18 °C | 22 °C | 15 °C |
Hieruit blijkt dat in winter en voorjaar op het warmste uur van de dag de zee vrijwel even warm is als de lucht, en ’s nachts en ’s morgens vroeg zelfs een beetje resp. veel warmer!
Dat is toch niet ijskoud? Ja, als het in de zomer 33 graden wordt, wat ook wel eens voorkomt, dan is de zee nog steeds lekker koel, zo’n 17 of 8 graden. Maar dat wil je dan ook, omdat de lucht dan veel te warm is.
De naam van het tijdschrift ésta vind ik wel grappig, zo met een kleine letter en een accent aigu erop. Het geeft het blad een beetje een mediterraan tintje, omdat de naam zomaar een Spaans of Portugees woord zou kunnen zijn. Een Portugees woord is het strikt genomen niet, omdat (en nu spreekt weer de muggenzifter in mij) het accent niet klopt:
Beide woorden bestaan in het Spaans ook, met dezelfde betekenissen, maar een iets andere uitspraak. Ik meende dat de accenttekens ook gelijk waren, maar recent kwam ik erachter dat het Spaanse aanwijzend voornaamwoord bij zelfstandig gebruik wel met een accent geschreven werd, dus inderdaad net als de tijdschriftnaam: ésta.
Maar heel recent, per 1 januari 2011, blijkt dat volgens deze informatie van een vertaalbureau afgeschaft te zijn, althans het streepje mag er nog op, maar het hoeft niet meer.
Als we even van het Portugees uitgaan, is de tijdschriftnaam ‘ésta’ een soort pseudo-mediterraans, van hetzelfde type, hoewel veel minder erg, als de dranknaam Passoã®, wat eruitziet als Portugees, maar het volstrekt niet is. Passoã® (een internationaal geregistreerd handelsmerk van Cointreau®) is in het Portugees zelfs vrijwel onuitspreekbaar.
Als je het dan met alle geweld zou moeten uitspreken alsof het wel Portugees was, dan zou het iets worden als passwáán, maar dat is een klankenreeks die in die taal echt helemaal nergens op slaat.
Je zou nog kunnen vermoeden dat Passoã een speelse vervorming van Passão zou zijn. Maar ook dat is geen Portugees, en passie (het drankje is o.a. gebaseerd op sap van de passievrucht) is in het Portugees ‘paixão’ – waarin de x klinkt als sj, het hele woord dus ongeveer als paaj-sjaung, met de klemtoon op de laatste lettergreep.
Het wel bestaande woord dat het meeste op Passoã lijkt is ‘pessoa’, maar dat betekent ‘persoon’. Het komt van het Latijnse woord ‘persona’, waarbij in de loop der taalontwikkelingsgeschiedenis zowel de r als de n zijn zoekgeraakt. Pessoa is natuurlijk ook de achternaam van de bekende Portugese dichter, schrijver en alcoholist Fernando Pessoa (1888–1935), zodat we in dit hoofdstukje over een alcoholisch drankje toch een beetje on-topic blijven.
Nu het artikel toch een wat bittere, negatieve toon heeft ontwikkeld (is dat zo? nee toch? ik ben zelf nog helemaal in lenteachtige vakantiestemming) ga ik nog effe lekker verder katten: het uitspraakadvies voor de streeknaam Alentejo klopt niet. In genoemd artikel in het blad “ésta” staat namelijk, helemaal aan het begin:
“Even ten noorden van de zonnebrandstrook van de Portugese Algarve kom je in een andere wereld: het dunbevolkte Alentejo (spreek uit: Alenteesjo)”
Dat klopt niet om twee redenen:
Dus niet Alenteesjo, maar eerder Alenteezjoe. Dat is ongeveer hoe de bewoners het uitspreken, maar Portugezen uit Lissabon of Coimbra maken er meer iets van als Alenteizjoe, Alentaajzjoe of Alaajntaajzjoe. Maar daar kan ik hier verder niet op ingaan, zie het sprekende overzicht met links naar de vele details op mijn Portugese-uitspraakuitleg.
Wat aardrijkskunde tot besluit:
De naam Alentejo is ontstaan uit ‘além Tejo’, wat betekent: over, aan de andere kant van, de rivier de Taag. Dit gezien vanuit Lissabon natuurlijk, of vanuit de nog noordelijker streken vanwaaruit Portugal ooit ontstaan is, tijdens de Reconquista.
De naam is dus vergelijkbaar met die van de Nederlandse provincie Overijssel.
Zo heb je ook een streek, ten noordoosten van de hoofdstad, in de buurt van Santarém en Almeirim, die Ribatejo heet: oevers van de Taag.
En dan is er nog Trás os Montes, in het noordoosten van het land. Dat betekent letterlijk ‘Over de bergen’. Gerrit Komrij koos niet toevallig dat als titel voor een boek dat geïnspireerd is op de tijd dat hij daar woonde, voordat hij neerstreek in de buurt van Oliveira do Hospital, centraler in Portugal.