Waarneming 29 november, tekst
Ik heb dat wel vaker gehoord, ook jaren geleden al. Ooit moet iemand het bedacht hebben waarna anderen het zijn gaan overnemen. Ik snap niet hoe ze erbij komen want het lijkt nergens op gebaseerd.
Dit concrete voorkomen is dus niet zo relevant, maar voor de zorgvuldigheid toch maar de gegevens daarvan:
EenVandaag van 29 november 2012, uitgezonden vanaf 18:15, in een item over de problemen bij het Ruwaard van Putten-ziekenhuis in Spijkenisse. Het fragment begint nadat de uitzending 4m42s op streek is. Verslaggever Henk van der Aa spreekt het gewraakte woord uit op tijdstip 5m34s. Citaat:
“Dat wordt nog een hele puzel, want je trekt niet zomaar een blik artsen open.”
Dat dus. Puzel. Dat zei hij, niet puzzel of puzzle.
Ik snap dus niet hoe dat ooit ontstaan is, dat sommige mensen puzel zeggen, met de klinker van Ruud, stucwerk, luxe, duur, vuur, executie en solutie.
Zowel in het Nederlands (aangetroffen vanaf 1895, volgens van Dale), als in het Engels waaraan het woord ontleend is (daar bekend sinds de 16 eeuw (bron: Concise Oxford); herkomst onbekend (bron: dikke Collins en Concise Oxford)) staan er twee z’en. Dus je zou denken: een ‘korte’ klinker, zoals die voorkomen in gesloten lettergrepen. Niet in beide talen dezelfde klinker, maar wel een ‘korte’.
Dus niet de (weliswaar qua lengte, behalve voor een ‘r’, ook korte) klinker als in voornoemde Nederlandse voorbeeldwoorden, die immers onverdubbeld alleen in open lettergrepen voorkomt (stucwerk is een uitzondering).
(Wat een rommelige zin! Maar hij klopt wel. Hoewel, de hoofdzin heeft geen persoonsvorm en is dus geen zin. Jammer dan.)
Maar toch zeggen sommige mensen nou eenmaal puzel en puzelen in plaats van puzzel en puzzelen. Het zij zo. Taal is niet altijd logisch. We doen het er maar mee.
Zie dit aparte stukje.
Copyright © 2012 R. Harmsen, all rights reserved, alle rechten voorbehouden.