Uitgeteld

Bloeddonatie

De niet nader te noemen huisgenoot tevens levenspartner van een eveneens niet nader te noemen persoon zei op woensdag 30 mei 2012:

Dus ik begrijp dat jij weer de rest van de week bent uitgeteld.

Aanleiding was dat laatstgenoemde persoon net terug was van zijn periodieke bezoek aan de bloedbank.

Uittellen is een overgankelijk werkwoord: een boksscheidsrechter kan een neergeslagen bokser uittellen. Daar komt de uitdrukking ‘uitgeteld zijn’ vandaan.

Figuurlijk

Bij het figuurlijk gebruik van die uitdrukking heeft het uittellen niet letterlijk plaatsgevonden. Er is dus sprake van een toestand, niet van een voltooide handeling.

Daarom is de geciteerde zin fout. Die had moeten luiden ‘[...] dat jij [...] uitgeteld bent.’

Maar hij kwam spontaan voor, dus hij is wel onderdeel van de levende taal. Helaas. Ik zal ermee moeten leven.

Fabriek

Overigens valt het met dat uitgeteld zijn (niet: ‘zijn uitgeteld’, maar dat is weer een andere, nog niet eerder behandelde situatie: het zelfstandig gebruik van een samengestelde werkwoordsvorm) wel mee: het duurt normaal maar anderhalve dag, beetje moe, beetje slap, soms duizelig na snel opstaan en hartkloppingen na een paar trappen oprennen om even boven wat te halen.

(Vaak vind ik mijn eigen monstrueus ingewikkelde zinnen wel grappig en laat ik ze gewoon staan.)

De biochemische fabriekjes in het lichaam doen adequaat hun werk.


Naschrift 22 november 2012

In het voorbeeld zou je het werkwoord ‘zijn’ ook kunnen vervangen door ‘liggen’:

Dus ik begrijp dat jij weer de rest van de week uitgeteld ligt.

Ik denk dat dan dezelfde redenering en regels gelden: het werkwoord moet achteraan. Betekent dat dat ‘liggen’ hier een koppelwerkwoord is? Kennelijk. Ik wist niet dat dat kan.

Of een andere interpretatie: ‘liggen’ is een zelfstandig werkwoord en ‘uitgeteld’ een bijwoord. Maar ook dan moet het werkwoord in een bijzin dwingend achteraan, kijk maar:

Het is een feit dat Lance Amstrong vaak hard fietste’, niet *‘[...] vaak fietste hard’ en ook niet *‘[...] fietste vaak hard’.


Copyright © 2012 R. Harmsen. Alle rechten voorbehouden, all rights reserved.