Een opwindradio

13 en

De oude radio

Merk en type

De oude radio was een Grundig wereldontvanger. Ik weet niet meer precies van welk type, omdat ik zo dom was de plastic delen van de behuizing al in een zak voor ingezameld plastic te doen, zonder er eerst een foto van te maken.

Hoelang ik die radio al had, kan ik uit eigen aantekeningen niet meer precies achterhalen. Vele jaren in elk geval. Hij heeft al die tijd prima dienst gedaan.

Waarschijnlijk was het een Grundig Yacht Boy. In het radiomuseum zie ik dat er erg veel ontvangers met die naam hebben bestaan. De typen 210, 215 en 215a lijken erop, en de 650 en de 217 nog het meeste, maar al die typen zijn toch net weer een beetje anders.

Geluid

Het geluid van de Grundig Yacht Boy was erg helder, waarschijnlijk door de grote luidspreker, die naar nu blijkt (d.w.z. sinds ik de radio heb kunnen openkrijgen) een doorsnede van 75 mm heeft, maar niet zoals ik verwachtte een aparte dome-tweeter (hogetonengedeelte). Er is wel een domevormig, koepelachtig middendeel, maar dat zit vast aan de rest van de conus, zodat er waarschijnlijk ook maar één spreekspoel is (hoewel er wel drie aansluitdraden zijn, maar daarvan zit er één ter afscherming aan de metalen delen van de luidspreker, zo te zien).

Op de luidspreker staat vermeld: SANYO, S08J84A, 4 Ω, 1.5W, MAX 3 W. Hier wat foto’s: de conus Grundig wereldontvanger, de achterkant Grundig wereldontvanger, diameter luidspreker, en die groter Grundig wereldontvanger, diameter luidspreker, vergrootte weergave. (Klik op een plaatje om het te vergroten.)

(Foto's gemaakt met een Casio EX-Z85 9.1 megapixel. Voor het web zowel horizontaal als verticaal maar een zesde van het aantal pixels. Verbazend trouwens dat je met zo’n relatief betaalbaar toestelletje zulke close-ups kunt maken, zonder ook maar iets in te stellen!)

De nieuwe radio heeft een veel kleinere luidspreker.

Gebruikersgemak

De Grundig had een draaiknop voor de afstemming, maar een schuifregelaar voor de geluidsterkte. Ik vind draaiknoppen fijner werken (in twee betekenissen!), omdat je met duim en wijsvinger gemakkelijker krachten in twee richtingen kunt uitoefenen, zodat het resultaat subtieler is. Wij gebruikten de radio vaak om bij in te dommelen, dus dan moet je het volume zo kunnen zetten dat het niet hinderlijk is als je al zowat slaapt, maar je toch het gesproken woord nog kunt verstaan voor zover je wel wakker bent.

Favoriete programma’s: Met het oog op morgen, Casa Luna, e.d.

Er zat ook een wekker in de Grundig, met een pieptoon (zelden gebruikt). Mogelijk kan hij ook als wekkerradio worden gebruikt (waarbij dus, bedoel ik, het weksignaal inhoudt dat de radio aangaat), maar de juiste instelling daarvan heb ik nooit helemaal doorgrond. Misschien ook niet genoeg moeite gedaan.

De laatste segment van de sprietantenne (nodig, of vaak wenselijk, bij kortegolf- en FM-ontvangst) was door onvoorzichtigheid afgebroken, waardoor zonder tangetje uitschuiven niet meer mogelijk was. Sindsdien heb ik hem maar ingeschoven gelaten. Waar wij wonen is dat geen probleem, omdat vanwege de nabijheid van de Gerbrandytoren de FM-stations toch wel doorkomen.

Banden

Ik wilde indertijd speciaal deze radio omdat die ook kortegolfbanden had. Belangstelling voor andere landen en talen heb ik mijn hele leven al gehad. Maar door internet en satelliettelevisie neemt de betekenis van de kortegolf af. Ik herinner me nog goed de tijd (begin jaren 1970 en daarvoor) dat mensen uitsluitend Nederlandse televisie konden ontvangen, en alleen bewoners van de grensstreken ook wat Belgische of Duitse netten. Voor de wat jongere lezers, gewend aan kabeltelevisie, waarschijnlijk onvoorstelbaar.

Mijn Grundig had 11 kortegolfbanden, zoals hier Grundig wereldontvanger te zien en hier in close-up: Grundig wereldontvanger, banden. Vergeleken met eerdergenoemd type 217 had deze er één minder, namelijk niet het frequentiegebied 2300–2500 kHz ofwel de 120 meter.

De banden die er wel op zaten, waren de 90 meterband, de 75, 60, 49, 41, 31, 25, 22, 19, 16 en 13 meterband.

Vooral die wat exotische banden, 60, 75 en 90 meter, vond ik interessant, omdat zo weinig radio’s die hebben. Er viel echter meestal bedroevend weinig op te horen. Ook wel logisch omdat het namelijk tropenbanden zijn en ik zelf in gematigde streken woon. Wist ik vooraf wel, maar uit eigenwijzigheid wilde ik het toch zelf ervaren.

De 120 meter, die er dus niet opzat, vond ik extra fascinerend omdat ergens naast de middengolf, vanaf zo’n 187 meter, de visserijband begint, of begon. Als kleine jongen (10 jaar?) of puber (14?) probeerde ik daar al naar te luisteren door in een normale AM-radio de afstembare trafo's of de trimmers van de afstemcondensator te verdraaien. Toch heb zo ik zelden of nooit iets interessants gehoord, mede doordat ik nooit morse heb leren ‘nemen’, iets wat toen nog veelgebruikt werd.

Slecht contact

Na enige tijd (jaren waarschijnlijk, te lang voor garantie) deed het kortegolfgedeelte van mijn Grundig het steeds vaker helemaal niet meer, vermoedelijk door een slecht contact in de bandenschakelaar, of ergens anders binnenin. Met wat morrelen aan de schakelaar was er dan nog wel geluid uit te krijgen. Later lukte ook dat meestal niet meer.

Het gaf niet, want ik luisterde in de praktijk toch vooral naar Nederlandse stations via de FM-band, en naar de BBC World Service op 648 kHz in de middengolf. Die banden hadden geen last van het slechte contact.

Ik heb wel eens geprobeerd de radio open te maken, in de hoop iets schoon te kunnen maken of een haperend draadje vast te kunnen solderen. Maar ook als alle zichtbare schroefjes los waren, was er nog steeds geen beweging in te krijgen.

Fataal

Slecht contact luidde uiteindelijk ook het einde van deze radio in. Ik had hem een keer raar laten vallen, toen ging hij niet meer aan. Wel hing door de klap de behuizing half open.

Toen heb ik wederom geprobeerd alle schroefjes los te draaien en gepast geweld toe te passen om de radio open te wrikken. Dat lukte eindelijk.

Door druk op tactische plaatsen kon ik de radio enkele seconden weer aan de praat te krijgen; voor de zekerheid nogmaals de batterijen een hele nacht extra opgeladen. Maar het hielp niet meer. Hij bleef zwijgen. Hij deed het definitief niet meer.

Toen met pijn in het hart besloten de radio in te leveren als elektronisch afval (maar eerst foto’s maken!) en een nieuwe te bestellen.