Weer een boeiend en interessant stukje van Esra Dede, nu over haar achternaam en aanverwante zaken.
Citaat:
“Mijn moeder vertelde mij vaak dat ze
spijt had. Spijt van het opgeven van haar achternaam. Ze had
liever een combinatie van beide achternamen gewild.
[...]
Het idee dat mijn kinderen deel moeten uitmaken van mij of hun
vader staat haaks op de vrijheid die ik wil voor ze. Het liefst
wil ik dat ze op een bepaalde leeftijd zelf mogen kiezen welk
achternaam ze willen dragen. Of zoals de Zuid-Amerikanen, allebei
de achternamen al hebben.”
In Europa, in Spanje en Portugal, werkt het óók zo. Daar zal het Zuid-Amerikaanse gebruik wel vandaan komen. Hier wat info in het Portugees. De Engelse variant zou “issues” (eufemisme voor ‘problemen’) hebben, maar is wel heel uitgebreid.
Nog een citaat uit het stuk van Esra Dede:
“Haar identiteit en verbondenheid met
haar familie leek ze verloren te hebben. Als klein kind kon ik
echter niet wachten om mijn achternaam te verliezen. Voor mij
was mijn verbondenheid met mijn familie vanaf mijn geboorte
al instabiel.
[...]
Een zwakke man, omdat hij zijn achternaam niet heeft geforceerd
op zijn vrouw.”
Althans is Nederlands recht is er nooit een plicht geweest dat een getrouwde vrouw de naam van haar man zou voeren. Ze verliest en verloor ook niet haar eigen achternaam. Er komt door het huwelijk alleen een recht tot het voeren van die naam bij.
Artikel 9 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek Boek 1:
“Een vrouw die gehuwd is of die gehuwd is geweest dan wel wier partnerschap geregistreerd is of is geweest en die niet is getrouwd na beëindiging van de registratie of is hertrouwd dan wel niet een geregistreerd partnerschap is aangegaan na beëindiging van het huwelijk of opnieuw is aangegaan, is steeds bevoegd de geslachtsnaam van haar echtgenoot of van haar geregistreerde partner te voeren of aan de hare te doen voorafgaan dan wel die te doen volgen op haar eigen geslachtsnaam.”
“In mijn fantasie had ik besloten om een lijkenschouwer in Suriname te worden. Om mijn achternaam eer aan te doen. Dr. Dood, de arts voor de doden. ”
Lijkschouwer, is volgens mij het woord. In België: gerechtsdokter. Analoog-panatoom. O nee, panaloog-authonoom. Nee weer fout, patholoog-anatoom.
In mijn jeugd leek er in heel Nederland maar één van te zijn: Dr. Zeldenrust. Dat-ie Jan heette, heb ik nooit geweten. In die tijd (1960er jaren) hadden nette heren geen voornaam.
“Voor mij was mijn verbondenheid met
mijn familie vanaf mijn geboorte al instabiel. Zodra ik een man
vond, zou ik er niet aan twijfelen om zijn achternaam over te
nemen. Hoe lelijk en belachelijk die ook mocht zijn.
[...]
Of nog beter, een man vinden die zo onder de indruk is van mijn
lugubere achternaam, dat hij het zelf wil overnemen.
[...]
Toch lijkt het me heel leuk om op een dag op één knie te gaan
voor de gelukkige man. Laten we tradities veranderen, wil je
met mij de Dede in?”
Al weer een hele tijd geleden zijn alle Nederlandse wetboeken gelukkig sekseneutraal gemaakt, dus inderdaad mag een gehuwde man ook de naam van zijn vrouw (of man!) voeren.
In artikel 9, lid 1 van het BW1 is weliswaar sprake van “een vrouw”, maar in lid 3 staat:
“Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de man die gehuwd is of gehuwd is geweest dan wel wiens partnerschap geregistreerd is of is geweest en die niet is getrouwd na beëindiging van de registratie of is hertrouwd dan wel niet een geregistreerd partnerschap is aangegaan na beëindiging van het huwelijk of opnieuw is aangegaan.”
Ik deed het wel eens op campings, om de praktische reden dat mijn vrouw al ANWB-lid was toen we elkaar leerden kennen en ik niet, zodat het Carnet de Camping (handig om geen paspoort te hoeven afgeven) op haar naam stond.
“Het idee dat mijn kinderen deel moeten uitmaken van mij of hun vader staat haaks op de vrijheid die ik wil voor ze. Het liefst wil ik dat ze op een bepaalde leeftijd zelf mogen kiezen welk achternaam ze willen dragen.”
Al enige tijd is het in Nederlands wettelijk inderdaad zo geregeld. Artikel 4:
“Indien een kind door geboorte in familierechtelijke betrekking tot beide ouders komt te staan, verklaren de ouders gezamenlijk voor of ter gelegenheid van de aangifte van de geboorte welke van hun beider geslachtsnamen het kind zal hebben. [...]”
Wel staat in artikel 8:
“Een verklaring van de ouders als
bedoeld in het tweede, derde, vierde of zesde lid, kan
slechts ten aanzien van de geslachtsnaam van hun eerste kind
worden afgelegd.
[...]
Onverminderd het zevende lid, hebben volgende kinderen van
dezelfde ouders dan wel kinderen over wie dezelfde ouder en
dezelfde echtgenoot of geregistreerde partner die niet de ouder
is, van rechtswege het gezag gezamenlijk zullen uitoefenen,
dezelfde geslachtsnaam als het eerste kind, [...]”
Ik dacht dat lid 7 de keuzevrijheid van het kind regelt, maar dat gaat denk ik toch over een andere situatie. Nou ja, misschien is dat dan ergens anders beschreven of is die vrijheid er toch niet.
Recht is soms ingewikkeld.
Copyright ©2015 van R. Harmsen. Alle rechten voorbehouden, all rights reserved