Het was een parodie!

15–

Terecht, dacht ik

Op of kort na 3 september 2011 las ik het stuk Zandhappen met Raja Felgata, geschreven door Peter Breedveld. Ook las ik Aangifte (2) waarnaar hij verwees.

Deze schokkende verzameling citaten uit e-mails, volgens Peter door Raja Felgata gestuurd aan Hassnae Bouazza, nam ik verbijsterd door. (Over die e-mailcitaten wil ik nog een apart stukje schrijven.)

Ook het stuk Aangifte is mij bekend.

Ik googelde wat op de naam van Raja Felgata, vond Mogador Productions, waarin ze als één van haar activiteiten noemt “tekstschrijven”, en verbaasde me over haar artikel Dilettantische shit. Ik vond dat niet goed geschreven, te veel ingetikte spreektaal, te weinig goed overwogen en gepolijste zinnen, warrige argumentatie, weinig structuur.

Maar goed, ieder zijn stijl. We zijn allemaal verschillend. Misschien schrijf ik zelf ook wel veel minder goed dan ik op enthousiaste momenten denk. Anderen zien dat, ik niet. Zo gaan die dingen.

Wie gelijk heeft, krijgt het van mij

Ik vind het erg belangrijk altijd objectief te blijven. Als iemand (geheel of ten dele) gelijk heeft, moet die dat ook krijgen. Of ik een persoon wel of niet mag, of ik eerder meningsverschillen of aanvaringen met die persoon heb gehad, dat mag bij de beoordeling van feiten en situaties geen rol spelen.

Natuurlijk valt niet uit te sluiten dat het wel een rol speelt. Ik ben ook maar een mens. Maar ik probeer in elk geval steeds opnieuw emoties uit te sluiten en objectief te zijn.

Op 3 september 2011 had ik al diverse keren erg onaangename ervaringen met Peter Breedveld gehad. Zonder dat mij duidelijk werd waarom, deed hij keer op keer erg onvriendelijk tegen mij. Daarover meer in latere artikelen.

Maar omdat ik objectief wil zijn, constateerde ik (voor mezelf, in gedachten) dat hij in dit geval gelijk had: Raja Felgata deugt niet en ze kan niet schrijven.

Prijs

Op 14 september ontstond een relletje. Raja Felgata bleek genomineerd voor een Democracy Ribbon en de jury had haar die zelfs toegekend of leek dat te gaan doen.

Daarbij hadden de leden van die toekenningscommissie kennelijk niet even gegoogeld en gezien dat een van de eerste hits bij haar naam de beweerde uitspraak “Joden zijn dik” liet zien.

Op 15 september had de jury toch maar wel even gegoogeld of hadden ze iets ingefluisterd gekregen: in het stuk Uitreiking lintje Raja Felgata uitgesteld; jury wist niet van joden-zijn-dik-column meldt HP/De Tijd dat volgens een woordvoerder de commissie “'in nader beraad gegaan'” is.

(Terzijde: Ik wees in een commentaar onder Peter Breedvelds stuk op dat HP/De Tijd-artikel. Een steunbetuiging aan hem dus. Maar mijn opmerking werd niet doorgelaten. Minuten later (15 sep om 15:01) postte ene Herbert vrijwel letterlijk hetzelfde commentaar met verwijzing naar hetzelfde stuk. Dat werd wel geplaatst. Dat geeft een inkijkje in hoe Peter Breedveld zonder aanzien des persoons omgaat met verwijzingen naar feitelijke gegevens.)

Maar toch!

Onder het stuk van HP/De Tijd werd in een update verwezen – met de sarcastische aanduiding “Uithuilen doe je zo.” – naar een artikel van Raja Felgata. Daarin schrijft zij:

Maar Hassnae Bouazza , Peter Breedveld en kornuiten die hebben gezamenlijk een afspraak gemaakt om mij continu te framen als iemand die een hekel heeft aan joden. Waarom?

Omdat ik een stukje in de Nieuwe Revu schreef een paar jaar geleden over Robert Vuijsje en alle bevolkingsgroepen in zijn boek verving door het woord Joods en zijn stijl overnam en met een knipoog de grenzen van vrijheid van meningsuiting opzocht?

Ik zag gisteren (15 sep) ook dit op de site wereldjournalisten.nl, gedateerd 6 april 2010, waaruit ik citeer: “Felgata noemt in haar parodie op Vuijsje onder meer joden dik en vrouwonvriendelijk.” (Mijn benadrukking.)

Raja Felgata zou volgens dat artikel in het interview op de vraag:
3. Vind jij dat je een antisemitische column hebt geschreven?
hebben geantwoord:
'Nee. Dit is een ironische column geweest met een knipoog naar de stijl van Vuijsje in zijn boek Alleen maar nette mensen. In dat boek maakt hij van Turken, Surinamers en ook Joden overigens, stereotypen. Dat heb ik ook gedaan in mijn column. '

Het licht

Toen pas had ik het door! Dat het om een parodie ging dus.

Noem mij dom. Noem mij bot, onzorgvuldig, onoplettendheid, slecht researchend en te vluchtig lezend. Het is allemaal terecht.

Dat doet niets af aan het feit dat, naar mijn mening, Peter Breedveld op dat parodiërende karakter van de gewraakte uitspraak had moeten wijzen. Althans, op het feit dat Raja Felgata zelf stelt dat het om een parodie ging. Of zij dat terecht stelt, weet ik niet, want ik heb het boek van Robert Vuijsje niet gelezen en de gewraakte column van Raja Felgata ook niet. Maar dat zij beweert dat het een parodie was, is een relevant en nuancerend feit dat het waard is vermeld te worden, nee, dat vermeld moet worden.

Nog iets onzorgvuldigs van mij: ik heb nu niet eerst gecheckt of Peter Breedveld er niet toch ergens op wees dat wat Raja Felgata schreef, een parodie was, zodat ik het op of kort na 3 september 2011 over het hoofd moet hebben gezien. Ga ik straks, na voltooiing van mijn artikel, nog wel doen en als er aanleiding toe is, kom ik erop terug.

Cruciale plekken

Ook los dáárvan vind ik dat dat van die parodie er hier in elk geval bij had moeten staan. Ik citeer Peter Breedveld:

Ik ben tweeënhalf uur op dat bureau geweest. Als verdachte. Omdat ik een antisemitische oprisping een antisemitische oprisping heb genoemd.
[...]
Ik wilde het dus kort houden: die column is antisemitisch, geen speld tussen te krijgen, bovendien geef ik mijn mening over Felgata’s mening en als ze daar niet tegen kan, moet ze geen columns schrijven. Klaar.

En ook hier, in Breedvelds stuk “Antisemieten”, was de nuance naar mijn mening vereist. Ik citeer:

Kijk naar Raja Felgata, die na haar schuimbekkend antisemitische oprisping in het weekblad Revu werd ontslagen, maar nu woordvoerder is van de vrouwenafdeling van het Samenwerkingsverband van Marokkaanse Nederlanders, en die de ene na de andere gesubsidieerde schnabbel krijgt toebedeeld.

Oneerlijk

Deze stellige uitspraken zonder de parodienuancering geven de lezer een verkeerd beeld. Dat is niet eerlijk. Hier wordt opzettelijk de zaak onjuist voorgesteld. Peter Breedveld verdraait dingen. Dat vind ik onfatsoenlijk, onzorgvuldig en oneerlijk.

Iemand die echt gelijk heeft, heeft zulke onzuivere trucs niet nodig.